Het laatste VN-rapport over mondiale honger en ondervoeding kwam eerder deze maand uit. Door Covid-19 en een toenemende klimaatcrisis is het aantal personen met chronische honger in slechts één jaar tijd, tussen 2019 en 2020, met 118 miljoen toegenomen tot 768 miljoen. Daarbij had in 2020 bijna een op de drie personen wereldwijd geen beschikking over voldoende gezond voedsel.
Dit opiniestuk verscheen in NRC Handelsblad van 28 juli 2021. Lees het oorspronkelijke artikel hier.
Woensdag werd in Rome een voorbereidende top afgesloten voor de VN-Voedseltop in september. Nederland besprak met andere landen ruim tweeduizend ‘baanbrekende’ ideeën om voedselzekerheid in de wereld te verbeteren. Een gerenommeerd panel van internationale voedselexperts, IPES-Food, staakte zijn deelname aan de Top omdat er te weinig was gedaan met hun kritiek.
Wij betwijfelen ook dat de Voedseltop tot echte oplossingen zal leiden. Door samen te werken met het Wereld Economisch Forum (WEF) en níet met het Comité voor Mondiale Voedselzekerheid (CFS) van de VN zelf – waar boerenorganisaties en inheemse volkeren meeonderhandelen in beleidsprocessen en hun zelfgekozen vertegenwoordigers afvaardigen – geeft de top grote bedrijven en investeerders een te prominente plek aan tafel.
Met de directe betrokkenheid van de industriëlen die zich verenigd hebben in het WEF zullen ook Nederlandse bedrijven zoals Unilever en de Rabobank zich in deze top positioneren als oplossers van de problemen die ze zelf mede veroorzaakt hebben.
Grote bedrijven gebruiken hun macht om via agressieve patentrechten boeren te straffen voor het uitruilen van hun eigen zaden, zadelen boeren op met steeds hogere schulden en milieuproblemen of kopen met steun van financiële instellingen grote stukken boerenland op. In plaats van vraagtekens te zetten bij deze ongelijke machtsverhoudingen in het voedselsysteem, beloont de top het grote bedrijfsleven met een prominente plek in de besluitvorming. Er is daardoor te weinig aandacht voor onderliggende oorzaken van de problemen: ongelijkheid en op markt en winst gericht beleid en bestuur.
Boerenkennis
De top biedt weliswaar wat ruimte voor agro-ecologie, maar dit wordt gepresenteerd als deeloplossing samen met de promotie van intensieve landbouw die agro-ecologie en het klimaat juist ondermijnen. De insteek is vooral technisch van aard, terwijl allang bekend is dat de problemen niet kunnen worden opgelost zonder sociale innovatie en boerenkennis.
De inzet van boerenkennis is juist wel een van de leidende principes van de agro-ecologie – een vorm van duurzame landbouw die praktijkervaring, wetenschappelijke expertise en de opbouw van sociale bewegingen combineert. Dat leidt tot een proces van constante innovatie. De praktijk laat zien dat agro-ecologie productiviteit levert, natuurlijke CO2-opslag, meer biodiversiteit, gevarieerde voeding, en een waardig boerenbestaan, alsmede een beter milieu en gezondheid voor mens en dier.
De Voedseltop dreigt echter de mensen te marginaliseren die een groot deel van het voedsel in de wereld produceren, die in de praktijk een ongeëvenaarde expertise hebben op het gebied van agro-ecologie, en die toch het meest lijden onder ecologische problemen en schendingen van de mensenrechten door het huidige voedselsysteem. Hun voorstellen en bewezen praktijken krijgen nauwelijks ruimte op de top en hun brede kennis, broodnodig voor de transitie naar duurzaamheid, wordt vaak afgedaan als niet-wetenschappelijk.
Een serieuze vuist
Het oplossen van honger en ondervoeding is alleen mogelijk door de juiste politieke keuzes te maken. Agro-ecologie gebaseerd op praktijkervaring is een van die keuzes. Dit is ook de boodschap van de alternatieve ‘Peoples’ Counter-Mobilisation To Transform Corporate Food Systems’ die deze week parallel aan de VN-top wordt georganiseerd door boeren, vissers, herders, inheemse volkeren, consumenten, maatschappelijke organisaties en wetenschappers uit de hele wereld.
De Nederlandse overheid moet af van het idee dat grote bedrijven en een puur technologische aanpak honger de wereld uit gaan helpen. Alleen door de mensen zelf, hun bewegingen, kennis en oplossingen centraal te stellen kunnen we als samenleving toewerken naar voedselsystemen die echt eerlijk en duurzaam zijn.
Willen we een serieuze vuist maken tegen ondervoeding, klimaatverandering en biodiversiteitsverlies, dan moeten we goed luisteren naar de voorstellen van deze praktijkexperts en verdienen juist zij aan het hoofd van de tafel te zitten tijdens de Voedseltop.
- Leonardo van den Berg, Federatie van Agro-ecologische Boeren
- Janneke Bruil, Voedsel Anders
- Sylvia Kay, Transnational Institute
- Danny Wijnhoud, ActionAid.
Mijn reactie is meer een vraag. Wordt er, voor het oplossen van het probleem uitgegaan van het ontwikkelen van oplossingen op locatie? Wordt er ingespeeld op de te verwachte veranderingen m.b.t. het klimaatprobleem? Geven we met onze kennis ‘gereedschap’ voor plaatsen waar die kennis nodig is, of willen we met onze kennis de opbrengst vergroten om meer monden te kunnen voeden?